Tegenwoordig is de kredietcrisis het eerste wat in ons opkomt als we aan Griekenland denken. Soms lijkt het er zelfs op dat we daardoor een afkeer hebben van alles wat met het land te maken heeft, en daarmee snijden we onszelf diep in de vingers. Een doorsnee Griek is sympathiek, gastvrij en bevlogen. En Griekenland heeft een terrein, infrastructuur en klimaat dat uitermate geschikt is voor ongekende uren in het zadel. Vergeet de economische rompslomp; wielrennen is er hemels.

GRIEKENLAND WIELERLAND

Allereerst een opgave voor de lezers die nu onderuitgezakt op de sofa liggen en hunkeren naar alle do’s en dont’s omtrend fietsen in het land van de souflaki met tzatziki: noem één Griek die door het leven gaat als profrenner. Vasilis Anastopoulos was er een, de eerste zelfs. De Balkanees kampioen op de weg van 2002 tekende in datzelfde jaar een contract bij Team Volksbank: een pro continentale ploeg met Oostenrijkse licentie. Anastopoulos sleepte meerdere nationale titels in de wacht, gooide hoge ogen op de baan en gold in eigen land als onomstreden ambassadeur van de wielersport. Inmiddels hangen zijn wielen al enige tijd aan de olijfbomen en is hij trainer bij het Nederlandse SEG Racing.

Volgens de gebroeders Martijn en Eelco Berkhout, initiatiefnemers van de opleidingsploeg, wordt de Griek binnen eigen staatsgrenzen met ontzag ‘Mister Cycling’ genoemd. Niet dat er een horde beveiligers zich het snot voor de ogen trapt om handtekeningenjagers op afstand te houden als hij een rondje maakt. Maar herkent wordt hij zeker, zo nu en dan. Soms, zelden. Eigenlijk nooit. Dat zegt overigens niets over de waarde van de prestaties van Anastopoulos, maar des te meer over de populariteit van wielrennen in Griekenland. Het antwoord op de eerder geschreven opdracht zal dan ook niemand verbazen. Op het moment fietst er slechts één Griek rond in het peloton. Ioannis Tamouridis draagt de kleuren van het continentale team Synergy Baku Cycling Project.

Wielrennen tussen Griekse Goden

Wielrennen tussen Griekse Goden

CHEMIE

Vanaf de vierde verdieping van Club Hotel Casino Loutraki verdwaal ik in het goddelijke uitzicht. Verwonderd kijk ik naar de schittering op het water. Door de lichtval van de ochtendgloren lijkt de Golf van Korinthe te bruisen en de groene heuvels die de zee omhelzen hebben een magnetische werking op mijn kuiten. Het is zo’n plek waar m’n benen hun veto uitspreken en me vertellen dat ik moet gaan fietsen. Ik ga fietsen.

Nog voordat ik de straat uit ben, laat ik voorbijgangers de spanwijdte van mijn armen zien en rolt mijn lijfspreuk over m’n tong: “het leven is mooi.” Uiteraard kijken de voetgangers me raar aan, en ik sta er zelf ook van te kijken. Niet omdat ik die vier woorden half zingend ten gehore breng, gevolgd door een gelukzalige lach, terwijl ik in m’n eentje ben. Dat overkomt me wel vaker. Maar ik heb me nog nooit zo snel zo fijn gevoeld op een plek die ik niet ken. Het is als de persoon die op een willekeurige stapavond stomtoevallig tegelijkertijd aan de bar staat en je lijf door onverklaarbare wederzijdse chemie van top tot teen laat tintelen nog voordat er een woord gewisseld is. Het klopt gewoon.

Wielrennen tussen Griekse Goden

Wielrennen tussen Griekse Goden

OP EN AF

Het klimaat is de onbetwiste oorzaak van de ovatie. Regelmatig kom ik op bestemmingen waar een aangename temperatuur zich vertaalt in drukkende warmte. Loutraki kan ik niet in dat rijtje scharen. Griekenland grenst bijna volledig aan zee en de constante bries vanaf het wateroppervlak zorgt – met name in het voor- en najaar – voor ideale omstandigheden voor sporters. Bovendien is het er praktisch altijd weer om lijntjes te kweken. Ook vandaag. Met een grijns van oor tot oor rol ik de straat uit.

Mijn vizier staat gericht op de nabijgelegen bergtoppen. Oplopende meters, er is hier eigenlijk geen ontkomen aan. Een route langs de kust is de enige manier om hoogtemers te ontlopen, maar het strand bewaar ik voor de namiddag. Eerst moet er gewerkt worden. Na twee relatief rustige fietsdagen, staat er een flinke rit op het programma. Met een lus ten zuiden van Loutraki stijg ik 2500 meter in 125 kilometer. Daarmee maak ik het mezelf niet te moeilijk. In deze omgeving is het namelijk mogelijk om binnen dezelfde afstand twee keer zoveel hoogtemeters te maken. Die tocht laat ik nog even op mijn bucketlist staan.

Wielrennen tussen Griekse Goden

DANSEN MET M’N SCHADUW

Nietsvermoedend rij ik een brug op. Ik wist dat ik het Kanaal van Korinthe een keer zou oversteken, maar had geen idee wanneer precies. Ineens kijk ik 70 meter naar beneden, een kloof in die in totaal 6,3 kilometer lang is. Deze loodrechte waterweg is een van de trekpleisters van de regio en juist op het moment dat ik over de diepte dender, vaart er een boot onder me door. Ik kijk m’n ogen uit. Dit kunstwerk scheidt het voormalige schiereiland Peloponnesos van het Europese vaste land en ik peddel eroverheen. Nog even evenwijdig aan de zee, maar dan de bergen in.

Vanaf dat moment is een GPS absolute noodzaak. Zonder was ik ten einde raad. Rechts loopt een weg naar Αθίκια; rechtdoor naar Νέα Επίδαυρος. Ik heb geen flauw idee hoe ik de plaatsen uitspreek en vertrouw op de lijn op m’n stuurcomputer. Die buigt naar rechts en in m’n ooghoeken zie ik mijn schaduw op de pedalen staan. Ik besluit met ‘m mee te dansen. Na enkele tientallen kilometers met een grote glimlach op m’n gezicht vraag ik mezelf af hoe het met dit landschap mogelijk is dat er amper Grieken aan de start staan bij profkoersen. Als wij Nederlanders in dit land zouden wonen, dan was voetbal nooit volkssport nummer 1 geweest.

De fantasie over kaaskoppen in Feta-land verdwijnt als er een Bull Terrier in volle vaart uit de struiken vandaan komt hollen. Wilde honden zijn hier ongevaarlijk en horen bij het straatbeeld, maar dit beest sprint alsof het de viervoeter van Usain Bolt is. Radeloos kijk ik achterom. Vluchten is onmogelijk. Ik bijt op m’n tanden en span mijn kuiten in de hoop dat het boosaardige beest z’n kaak stukhapt op de spieren. Een oerkreun volgt. Ik vervloek alle Griekse goden en zet voor de laatste keer aan. Ik ben boven. Wanhopig werp ik een blik op m’n benen. Elk spoor van het bloeddorstige schepsel ontbreekt. Er staan zelfs geen tanden in m’n vel. Het was gewoon een kuitenbijter die begon bij Γαλατάκι. Dat had ik kunnen weten. Heerlijk.

Wielrennen tussen Griekse Goden

Wielrennen tussen Griekse Goden

ZEUS

Wat ik wel zie als ik achterom kijk, is de zee. De stijgingspercentages variëren continu, maar ik lijk het water met geen mogelijkheid uit het decor te kunnen fietsen. En als het lukt, dan golven de heuvels. Het geeft wielrennen in deze regio een extra dimensie: rust. Het gekabbel werkt kalmerend en goud lijkt te ontstaan als de zon het water raakt. Met een zorgeloze mindset begin ik aan de volgende beklimming. Het asfalt ligt er zelfs tussen de kleine dorpjes landinwaarts superstrak bij en automobilisten lijken er geen gebruik van te maken. Er komt wel eens een ronkend voertuig voorbij, maar de tonen van de claxon komen dan voort uit intens enthousiasme. Een sympathiek handgebaar is de normaalste zaak van de wereld.

De haast hoffelijke omgang met wielrenners is typisch Grieks. Dat merk ik ook als ik nabij Αγγελοκαστρο bij een kraampje met vers geplukte citrusvruchten in de remmen knijp. De vrouw kijkt me vol bewondering aan en stopt me twee grapefruits toe. Mijn geld weigert ze. Ik vraag haar naar de oorzaak van die ongekend fijne levensbenadering, en haar antwoord is kort en bondig: “Zeus, de oppergod.” Zeus staat voor harmonie en het schijnt dat zijn DNA in de genen van de Grieken verwezen zit. Mythe of niet, mijn mondhoeken zijn nog steeds gekruld en dat is inmiddels ook het gevolg van het respect ten opzichte van fietsers. Door die positiviteit voel ik me zelf haast een Griekse god. Mensen die regelmatig in het buitenland trappen, weten hoe uitzonderlijk dit is.

Wielrennen tussen Griekse Goden

Wielrennen tussen Griekse Goden

SEG Racing

Na een pracht van een afdaling pak ik de doorgaande weg terug richting  Loutraki. Het uitzicht over de Egeïsche Zee is fenomenaal, en terwijl ik me stukbijt op de vraag ‘of de zon zwemdiploma’s heeft, of dat de zee ligt bij te bruinen’ komt de equipe van SEG Racing voorbij gesneld. Het continentale team specialiseert zich in de ontwikkeling van ruwe diamanten onder de 25 en heeft deze regio uitgekozen om de boel op scherp te zetten. Ik vergeet het water en probeer aan te haken. Mijn gulle lach maakt plaats voor een tong uit m’n smoelwerk. Desalniettemin rol ik met de nieuwbakken formatie naar hun verblijf en daar zie ik mijn kans schoon om Vasilis Anastopoulos aan de tand te voelen. Ik moet weten waarom er zo weinig Grieken wielrennen.

Ik: Griekenland is zo mooi. Hoe komt het dat er amper mensen op de fiets zitten?
Vasilis: In de tijd dat ik bij Volksbank reed zijn er steeds meer Grieken gaan fietsen, maar de populariteit blijft een lastig verhaal. Officieel is Griekenland onderdeel van Europa, maar in feite horen wij de Balkan. Daarom krijgen we hier nauwelijks wat mee van het Europese wielercircus. En om prof te worden, moet je aan dat circus meedoen. Financieel is het echter vaak onmogelijk om telkens naar de wedstrijden toe te vliegen. Voor die paar Grieken die zich bezighouden met de wielersport is het daarom heel moeilijk om door te breken.

Ik: Dat heeft dus niets met de omgeving te maken. Wat maakt Loutraki ideaal voor een trainingskamp voor SEG Racing?
Vasilis: Een aantal zaken is essentieel voor een trainingskamp: veilige wegen, mooi weer en de mogelijkheden van het terrein. Gisteren hebben onze klimmers bijvoorbeeld twee uur lang oefeningen gedaan op een bergflank en ze hebben geen auto gezien. Vanmiddag stond er een sprint lead-out training op het programma en dat deden we op een weg die 20 kilometer lang haast waterpas is. Morgen doen de sprinters een rustige lus zonder al te veel hoogtemeters, en de klimmers juist wel. We kunnen hier alle kanten op en dat maakt het perfect.

Ik: Klinkt als ideaal voor jullie, maar is het gebied ook interessant voor wielrenners die alleen fietsen omdat ze het leuk vinden?
Vasilis: Die variatie is natuurlijk prachtig voor ieder type fietser. En als ik nu moet opnoemen wat er hier in de omgeving allemaal te zien is, dan ben ik morgenochtend nog bezig. Er zijn hier zoveel bezienswaardigheden uit de Oudheid dat je je hier zelfs zonder fiets uitstekend kunt vermaken.

Wielrennen tussen Griekse Goden

– Gepubliceerd in Fiets met foto’s van Wouter Roosenboom