Ik lig compleet in de kreukels. Mijn tong hangt op het asfalt en de adrenaline stijgt gelijk met mijn hartslag. Steile pieken wisselen flauwe heuvels af. Ik ga continu op en neer. Tot het gaatje, zoals altijd. Het liefst ga ik nog iets verder. Het voelt fantastisch om diep te gaan. Ik hoor mijn ademhaling bij iedere pedaalslag. Ik kan me niet voorstellen dat ik de enige ben die hoort hoe ik naar lucht aan het happen ben. Eigenlijk interesseert me dat ook helemaal niets. Het gaat alleen tussen mij en het asfalt. Niets meer, niets minder. Even achter een ander zitten zou de tocht niet minder fijn maken, maar ik kan mijn benen gewoon niet meer stilhouden. Ik moet doorgaan. Het voelt alsof ik in een andere staat van bewustzijn terechtkom. Ik heb mezelf niet meer onder controle. Mijn benen draaien op de automatische piloot en ik lijk elk moment te kunnen exploderen. De snelheid loopt op. Het stijve frame van mijn Trek-fiets is ideaal voor de voorwaartse beweging. Mijn banden razen al soppend over het vochtige wegdek en de adrenaline lijkt mijn spieren onder hoogspanning te zetten. Ik kan niet meer stoppen. Vanaf kilometerstand 69 gooi ik alles eruit. Ik kan nu niets meer dan nagenieten van een adembenemend avontuur. Het liefst zou ik deze tocht elke dag fietsen.

Het kan toch geen toeval zijn dat de termen in een doorsnee wielerverhaal als deze ook op een erotische manier uitgelegd kunnen worden? – Fietsen is heerlijk.