De intuïtie | zelfstandig naamwoord (vrouwelijk) | uitspraak: [ɪntyˈwi(t)si] | verbuigingen:   intuïtie|s (meervoud):

De eigenschap iets aan te voelen zonder redenering of ervaring; het weten op grond van innerlijk; ingeving.

Ik cruise Frankrijk binnen. De Pyreneeën lijken op schapen door de wol-ken. Regendruppels sijpelen over de voorruit richting het asfalt. “Haha”, klinkt het pardoes uit m’n mond. Ik kijk op. Een woordspeling schiet me te binnen. Als gebruikelijk deel ik ‘m hardop met mezelf: “Er rijdt een jongen alleen door de mist, en hij mist niets.” grinnik Ik ben wel eens inventiever geweest met woorden. Toch lach ik. Als de zon niet straalt, doe ik het zelf wel. De schijn van de zon is immers slechts schijn, en vandaag niet eens zichtbaar. Mijn voet leunt kalm op het gaspedaal, de engelenstem van Freddie Mercury kraakt door m’n antieke speaker en mijn intuïtie wijst me de weg. De bestemming is onbekend.

De bestemming is onbekend, en ik doe geen moeite om te achterhalen waar mijn rit eindigt. Elke gedachte kan ervoor zorgen dat de wolken om mijn hoofd verdwijnen. Daarom denk ik niet. Bovendien ben ik al 27 jaar lang dagelijks wakker geworden. Ik weet dat het morgen weer gebeurt. Ongeacht de locatie. Ik denk niet. Ik observeer de vorm van het water als het door mijn ruitenwisser klakkeloos wordt weggeduwd. Ik zie de plassen langs de kant van de rijbaan. Ik zie de weerkaatsing van de wereld in de plassen langs de kant van de rijbaan. De weg is een rivier en mijn wagen is een stromende druppel. Elke meter voelt als de bestemming.

Dan valt mijn oog op de volgende afslag. Gefixeerd staar ik naar het verkeersbord langs de weg. Ik zit inmiddels ruim zes uur in de wagen, en dit is de eerste keer dat een afslag zoveel indruk op me maakt. Iets in me zegt dat ik deze weg moet verlaten. Ik weet niet goed waar die stem vandaan komt. Ik weet ook niet goed hoe ik dit kan voelen. Ik ken geen woorden die de bron van deze plotseling ingegeven prikkel beschrijven. Maar het is er: een bepaalde overtuiging, een weten, dat dit het moment is om aan m’n stuur te draaien. Toeval? Of niet? Ik waag me niet aan een antwoord op die vraag. Ik draai aan m’n stuur. Enkele kilometers rol ik verder. Dan trek ik aan de handrem. Het is donker en het is tijd voor een dutje.

Zodra ik wakker word, huppel ik de parkeerplaats af. Na 50 meter blijf ik verbijsterd staan. Ik sta op een gouden strand en stuit op een gouden zee. Een rilling gebruikt mijn rug als glijbaan en plonst tussen de golven. Wat een bestemming. Toeval? Of niet? Intuïtie is lucht, nog minder dan een wolk. Zelfs het woordenboek zegt dat intuïtie gebaseerd is op niets. Niet op redenering; niet op ervaring. Waar komt het wel vandaan? Wat is dat stemmetje in me dat zegt waar ik af moet slaan? Wat is de bron van intrinsieke motivatie? Intuïtie brengt me constant dit soort geluk. Ik volg het blind. Zonder erover na te denken, want dan is het weg. Ik draai gewoon aan m’n stuur. Intuïtie is flow.