Toen ik de bel voor de laatste ronde hoorde rinkelen begon mijn belletje ook te rinkelen. In een helder moment bestudeerde ik de ovale vorm van het houtwerk. Mijn ogen gleden langs de renners op de baan en werden groter bij het bekijken van de rondetijden op het scorebord. Rillingen speelden op toen de pisteurs langs me heen liepen van de baan naar het rennerskwartier. Plotseling was alles duidelijk. In Amerika schijnen ze er sinds jaar en dag onderzoek naar te doen. Het gebied daar wordt Area 51 genoemd. Dit gebied heet Rotterdam, en in Ahoy gebeurt iets buitenaards.

De baan is een UFO. Pisteurs fietsen er haast sneller dan het licht. Op het moment van demarreren lijkt de commentator gekscherend te roepen dat de renner van een andere planeet komt, maar dat is niet gekscherend bedoeld. De mannen vliegen over het houtwerk alsof zwaartekracht niet bestaat en zien groen na het volbrengen van een koppelkoers. Het verbaast me hoeveel fantasie er wordt gebruikt om buitenaardse verschijnselen te verfilmen, terwijl één avond op de Zesdaagse alles verklarend is. Ze zeggen dat er op Mars sporen van water zijn gevonden; in Ahoy heb ik bloed, zweet en tranen met eigen ogen gezien.

Vanaf het moment dat ik de bel voor de laatste ronde hoorde rinkelen, sta ik met open mond te kijken naar de mensen op de baan. Ik geloof dat ik van echt buitenaards leven minder onder de indruk zou zijn.